Afscheid Kees van Vliet: Nieuwe en uitgekomen dromen voor de bedrijfsarts
Een einde van een tijdperk: Kees van Vliet neemt afscheid als directeur van de Nederlandse Vereniging van Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde. Met zijn uitstekende luisterskills, goede oog voor onderlinge verhoudingen en een ongekend sterk netwerk in het veld Arbeid en Gezondheid toonde Kees zich een vroege influencer waar de NVAB nu nog de vruchten van plukt. Tijdens zijn afscheidssymposium ‘De bedrijfsarts 2040’ op donderdag 10 december jl. deelde hij, met vertegenwoordigers van (aankomend) artsen, werkenden, werkgevers en arbodiensten, zijn visie op de toekomst van de bedrijfsarts.
Kijk hier het afscheidssymposium terug
Lees de bijdragen van de sprekers op het symposium
Kees van Vliet: Nieuwe en uitgekomen dromen voor de bedrijfsarts
“Als de aardappelen opstaan, moet je het vuur misschien wat lager zetten.” waarschuwt Kees van Vliet de deelnemers bij zijn online afscheidssymposium. Want na 18 jaar NVAB heeft hij wel wat inzichten en ervaringen te delen voor de komende 20 jaar. En die laten zich niet per se beperken tot het geprogrammeerde kwartier. “In 2038 vraagt het negende kabinet Rutte voor de tiende keer advies over de toekomst van arbeidsgerelateerde zorg: Preventie en participatie van de wieg tot het graf. In 2040 is er helaas nog helemaal niets mee gebeurd...” Zo beschrijft Kees zijn toekomstige nachtmerrie.
Waarom? “Al vele adviezen”, stelt Kees, “kregen immers een vredig leven in een bureaula. Toch staan we er in 2020 best goed voor. Denk aan het advies van de Kwaliteitstafel Bedrijfs- en Verzekeringsgeneeskunde, het KNMG-traject Arts 2040 en het Raamplan opleiding geneeskunde. Allen met perspectieven vanuit de sociale geneeskunde. Bovendien zit de NVAB steeds vaker aan tafel bij ministeries: een goede uitgangspositie om verandering te bewerkstelligen.” Hoewel hij in zijn proefschrift in 1989 het onomkeerbaar noemde dat de bedrijfsarts en verzekeringsarts naar elkaar toe groeien, ziet hij dat nu anders: “De taken van de bedrijfs- en verzekeringsarts zijn echt anders en moeten gescheiden blijven.” Goede samenwerking tussen de specialismen is wel van belang; de verzekerings- en bedrijfsarts hebben zogezegd een LAT-relatie.
Samen werken
Kees ziet dat taakdelegatie niet meer weg te denken is: “Tekort aan bedrijfsartsen zal er ondanks alle goede initiatieven wel blijven. Wees niet bang voor taakdelegatie, maar pak de kans om daar iets moois en goeds van te maken. Denk daarbij vooral ook aan de arboverpleegkundige! Zij lijken wat uit beeld geraakt, maar kunnen als BIG-geregistreerde zorgverleners een waardevolle bijdrage leveren aan goede zorg voor werkenden.” Ook noemt hij het huidige financieringsmodel niet toekomstbestendig. “Een centraal landelijk fonds dat wordt beheerd door werknemers en werkgevers, aangevuld met deskundigen die ook betrokken waren bij de Kwaliteitstafel, kan hier een oplossing voor zijn.” En als we dan toch aan het dromen zijn, vult Kees nog aan: “De bedrijfsgeneeskundige zorg zou idealiter moeten worden uitgevoerd door een multidisciplinair team met bedrijfsartsen, arboverpleegkundigen, arbeidsdeskundigen en de overige arbo-kerndisciplines.”
Voor iedereen een bedrijfsarts
In 2040 richt de bedrijfsarts zich op functioneren en bevorderen van participatie. Voor werknemers in loondienst, voor zelfstandigen, voor vrijwilligers en voor schoolverlaters met een beperking die op zoek zijn naar een baan. Daarnaast moet de samenwerking binnen de sociale geneeskunde beter, tussen artsen arbeid en gezondheid enerzijds en artsen maatschappij en gezondheid anderzijds, met verdere professionalisering van het specialisme.
Bedankt
Ter afsluiting verhaalt Kees over de afgelopen achttien jaar. Met trots over de aanloop naar de Kwaliteitstafel, een kansrijke uitkomst na een effectieve NVAB-lobby. Ook is hij trots op het KNMG-traject Arbeidsrelevante zorg dat ook werd onderschreven door huisartsen en medisch specialisten. Op het kwaliteitsbeleid van de NVAB met visitatie, richtlijnen en implementatie-instrumenten. Mooie resultaten die door inzet en samenwerking met velen zijn bereikt; alle mensen waarmee hij samenwerkte, de NVAB-voorzitters en bestuursleden, de medewerkers en oud-medewerkers van het Kwaliteitsbureau en Els van de Putten van het voormalige Secretariaatsbureau, de Eetclub en lest best: zijn partner Peter.
Kees van Vliet erelid
NVAB-voorzitter Gertjan Beens bedankt Kees ook graag persoonlijk. Hij roemt de weggetjes die Kees altijd wist te vinden als het ging om het binnenhalen van subsidies. De contacten in de academische wereld en in het brede veld arbeid en zorg. Hij noemt Kees een cultuurbewaker en roemt zijn belangstelling voor de mens achter de collega: “Het aantal bloemetjes dat je hebt verstuurd loopt in de honderden”. Genoeg om trots op en dankbaar voor te zijn. Met een blijvend stempel op de bedrijfsgezondheidszorg. Daar was iedereen het op de ALV voorafgaand aan het symposium over eens. De leden stemden unaniem in met het voorstel om Kees van Vliet te benoemen tot erelid. Gertjan overhandigt Kees – op gepaste afstand - de bijbehorende penning, en bloemen.
Kees besluit daarna het symposium op zijn kenmerkende manier met de voortzetting van de BG-dagen traditie: Ramses Shaffy’s lied met zeven werk-woorden: Zing. Vecht. Huil. Bid. Lach. Werk en bewonder. Met als toevoeging: Werk vooral samen.