De bedrijfsarts 2040: teamplayer voor alle werkenden
Een einde van een tijdperk: Kees van Vliet neemt afscheid als directeur van de Nederlandse Vereniging van Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde. Met zijn uitstekende luisterskills, goede oog voor onderlinge verhoudingen en een ongekend sterk netwerk in het veld Arbeid en Gezondheid toonde Kees zich een vroege influencer waar de NVAB nu nog de vruchten van plukt. Tijdens zijn afscheidssymposium ‘De bedrijfsarts 2040’ op donderdag 10 december jl. deelden vertegenwoordigers van (aankomend) artsen, werkenden, werkgevers en arbodiensten hun visie op de toekomst van de bedrijfsarts.
Kijk hier het afscheidssymposium terug
De sprekers vinden elkaar in hun afzonderlijke presentaties in enkele belangrijke boodschappen:
- Zorg voor meer aandacht voor preventie, ook door het vooral te gaan doen;
- Er is veel meer samenwerking nodig tussen medische en para-medische professionals. Samenwerking wordt zo gewoon dat de toevoeging ‘arbocuratief’ niet meer nodig is. Taakdelegatie wordt de norm, misschien zelfs wel taakherschikking;
- Er is een ander stelsel nodig. Een waarin alle werkenden, ook vrijwilligers toegang hebben tot een arts met expertise op het gebied van werk.
Lees over uitgekomen en nieuwe dromen van Kees van Vliet
De bedrijfsarts is een teamplayer - Annemieke van Vliet DJB - 3e jaars AIOS
Annemieke van Vliet - what’s in a name - beschrijft hoe de bedrijfsarts in 2040 volgens haar werkt. De arts is veel meer aanwezig op de werkvloer en laagdrempeliger te benaderen. Ook vrijwilligers en zzp’ers hebben toegang tot de bedrijfsarts. Het PMO is ingeburgerd en er zijn kortere lijnen met de curatieve zorg, vooral mogelijk gemaakt door digitalisering. Van Vliet: “Er is ook meer wetenschappelijke onderbouwing door meer onderzoek naar de maatschappelijk toegevoegde waarde van bedrijfsgezondheidszorg. De bedrijfsarts in 2040 is beter zichtbaar, onder meer door duidelijker profilering in de media als medisch adviseur op het gebied van arbeid en gezondheid. In 2040 is er veel meer multidisciplinaire samenwerking. Digitalisering met videobellen en cliëntportalen helpen daarbij.
Maak preventie praktisch - Mario van Mierlo, beleidssecretaris VNO-NCW, ook namens de STAR werkgroep WAV
De arbeidsmarkt verandert. We werken langer door, maar het aantal bedrijfsartsen neemt af. Maar goede bedrijfsgezondheidszorg is noodzakelijk voor een gezonde beroepsbevolking. De bedrijfsarts kan dat niet alleen, voor goede zorg is samenwerking cruciaal. “Te lang hebben we gedacht dat alleen het noemen preventie als kerntaak genoeg was om het te laten vliegen,” Van Mierlo roept op ervoor te zorgen preventie te kunnen praktiseren: ”Maak het praktisch, dan is het pas van waarde.” Maak gebruik van de expertise en capaciteit van andere hulpverleners, kijk naar het voorbeeld van het Nationaal Preventie Akkoord.” Kom met een actie-agenda Preventie!
Vier pijlers voor duurzame inzetbaarheid - Petra van de Goorbergh, directeur OVAL
Zijn er nog wel bedrijfsartsen over 20 jaar? Petra van de Goorbergh hoopt in ieder geval van wel: “Ik droom over Nederland als een internationale parel, een gidsland als het gaat om duurzame inzetbaarheid. Met moderne arbo-wetgeving, waarin het gaat om ‘inzetbaarheid en gezondheid’ in plaats van ‘bescherming en gezondheid’. Waar werk een belangrijke waarde is voor iedereen, geen noodzakelijk kwaad. En waar streng wordt opgetreden tegen bedrijven en sectoren die ongezond werk (blijven) aanbieden.” De bedrijfsarts is onmisbaar bij het realiseren van die droom. Door taakdelegatie en taakherschikking is de bedrijfsarts dan een specialist op een hoger niveau, die ondersteund wordt door slimme tools en gelijkwaardig samenwerkt met allerlei professionals. Een specialisme dat jongeren die arts willen worden als zeer begeerlijk zien. En duurzame inzetbaarheid steunt op vier pijlers waarop zowel werkenden als werkgevers investeren, namelijk vitaliteit, plezier, ontwikkeling en perspectief. Een combinatie van goed werkgever- en werknemerschap.
Vijf rollen voor de arts 2040 - René Héman, voorzitter KNMG, arts Maatschappij en Gezondheid én bedrijfsarts
René Héman schetst de arts anno 2040. In de afgelopen jaren werd een toenemende disbalans waargenomen tussen de belasting en belastbaarheid van (jonge) artsen. Om daar een antwoord op te fomuleren, startte de KNMG een project voor het profiel van de arts in 2040. Daarin zijn vijf rollen voor de arts 2040 gedefinieerd. Welke rollen voor een arts op de voorgrond staan, hangt af van het specialisme. Héman: “De bedrijfsarts anno 2040 is enerzijds vooral actief in het ondersteunen van burgers om actief te kunnen (blijven) participeren, de zogenaamde arbeidsarts. Hierin kruipt de bedrijfsarts dicht tegen de eerste lijn aan en werkt direct samen met huisartsen. Anderzijds pakt de bedrijfsarts vooral de preventieve rol en helpt werkgevers om gezonde werkomstandigheden te creëren.” Zo ontstaan er toekomstbestendige rollen voor de bedrijfsarts, die garant staan voor veel werkplezier en zingeving
Arbeidsgerelateerde zorg voor alle werkenden - Frank Alfrink, directeur ZZP Nederland
Het is 10 december 2040 als Frank Alferink, directeur van ZZP Nederland, terugdenkt aan Kees van Vliet. Hij beschrijft wat er in twintig jaar is gebeurd, wat hij vurig hoopt dat is gebeurd: “De Corona-pandemie heeft bijgedragen aan saamhorigheid en aan een afkeer van polarisatie. VWS kwam tot het besef dat er een brug nodig is tussen arbeidsgerelateerde en curatieve zorg. De mens staat centraal en het is duidelijk dat aandacht voor arbeid een bijdrage levert aan iemands gesteldheid, en daarnaast de kosten verlaagt.” Alferink stelt Kees van Vliet vanuit 2040 gerust: Arbeidsgerelateerde zorg is toegankelijk voor álle werkenden – het is gelukt.
Blijf samenwerken en luisteren - Kitty Jong, Vicevoorzitter FNV
Kees van Vliet vroeg Kitty Jong, vice-voorzitter van FNV, om een prikkelende speech: “Dat hoef je tegen een FNV-er geen twee keer te zeggen.” Jong haalt het ‘Nederland is ziek’ van Lubbers uit 1990 aan, en schetst de toegenomen druk op bedrijfsartsen waardoor zij niet aan preventie toekomen. Opvallend was dat, ondanks een FNV rapport met een stevige titel als ‘Verzuimbegeleiding een corrupt systeem’, Kees altijd bleef luisteren. Jong: “Er was daarna geen sprake was van een debat – want een debat is een verhit gesprek waarin mensen alleen naar zichzelf luisteren. En Kees luistert naar anderen.” Echt gezond is de arbo markt nog steeds niet, maar blijven samenwerken en luisteren helpt om ons met zijn allen in te zetten voor gezond en veilig werken.